Colossenzen (nl-col)

110 of 20 items

453. Gebed voor u (Colossenzen 1:9-12)

by christorg

453. Gebed voor u (Colossenzen 1:9-12) Johannes 6:29,39-40, Efeziërs 1:17-19, Markus 4:8,20, Romeinen 7:4, 2 Petrus 1:2, Colossenzen 3:16-17, 2 Petrus 3:18 Paulus bad dat de heiligen Gods wil kent en God kent.(Colossenzen 1:9-12) Colossenzen 1:9 Waarom ook wij, van dien dag af dat wij het gehoord hebben, niet ophouden voor u te bidden en […]

454. Hij heeft ons van de kracht van duisternis afgeleverd en ons overgebracht in het koninkrijk van de Zoon van zijn liefde.(Colossenzen 1:13-14)

by christorg

454. Hij heeft ons van de kracht van duisternis afgeleverd en ons overgebracht in het koninkrijk van de Zoon van zijn liefde.(Colossenzen 1:13-14) Genesis 3:15, Efeziërs 2:1-7, 1 Johannes 3:8, Colossenzen 2:15, Johannes 5:24 In het Oude Testament werd voorspeld dat God ons door Christus zou verlossen.(Genesis 3:15) Genesis 3:15 En Ik zal vijandschap zetten […]

455. Christus is het beeld van de God.(Colossenzen 1:15)

by christorg

455. Christus is het beeld van de God.(Colossenzen 1:15) (2 Corinthiërs 4:4, Hebreeën 1:3, Johannes 1:18, Johannes 14:9) Jezus, de Christus, is als God. Colossenzen 1:15 Dewelke het Beeld is des onzienlijken Gods, de Eerstgeborene aller kreaturen. 2 Corinthiërs 4:4 In dewelke de god dezer eeuw de zinnen verblind heeft, namelijk der ongelovigen, opdat hen […]

456. Alle dingen zijn geschapen door Christus en voor Christus.(Colossenzen 1:16-17)

by christorg

456. Alle dingen zijn geschapen door Christus en voor Christus.(Colossenzen 1:16-17) Openbaring 3:14, Johannes 1:3, Hebreeën 1:1-2, 1 Corinthiërs 8:6, Efeziërs 1:10, Filippenzen 2:10 Jezus, de Christus, schiep alle dingen.(Colossenzen 1:16-17, Openbaring 3:14, Johannes 1:3, Hebreeën 1:1-2, 1 Corinthiërs 8:6) Colossenzen 1:16 Want door Hem zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die […]

457. Jezus, de Christus is het hoofd van de kerk.(Colossenzen 1:18)

by christorg

457. Jezus, de Christus is het hoofd van de kerk.(Colossenzen 1:18) Efeziërs 1:20-23, Efeziërs 4:15-16 God maakte alle dingen onderhevig aan Jezus, de Christus, en maakte Jezus het hoofd van de kerk.(Colossenzen 1:18, Efeziërs 1:20-23) Colossenzen 1:18 En Hij is het Hoofd des lichaams, namelijk der Gemeente, Hij, Die het Begin is, de Eerstgeborene uit […]

458. De Vader dat in Christus alle volheid zou moeten wonen (Colossenzen 1:19)

by christorg

458. De Vader dat in Christus alle volheid zou moeten wonen (Colossenzen 1:19) Colossenzen 2:9, Efeziërs 3:18-19, Efeziërs 4:10 God was blij om alle God de Christus aan Jezus te onthullen.(Colossenzen 1:19, Colossenzen 2:9) Colossenzen 1:19 Want het is des Vaders welbehagen geweest, dat in Hem al de volheid wonen zou; Colossenzen 2:9 Want in […]

460. Christus, die de hoop op glorie is (Colossenzen 1:27)

by christorg

460. Christus, die de hoop op glorie is (Colossenzen 1:27) 1 Timotheüs 1:1, Lukas 2:25-32, Handelingen 28:20, Psalmen 39:7, Psalmen 42:5, Psalmen 71:5, Jeremia 17:13, Romeinen 15:12 God is onze hoop.(Psalmen 39:7, Psalmen 71:5, Jeremia 17:13) Psalmen 39:7 Immers wandelt de mens als in een beeld, immers woelen zij ijdelijk; men brengt bijeen, en men […]

461. Christus, die rijkelijk aan de heidenen zal verschijnen (Colossenzen 1:27)

by christorg

461. Christus, die rijkelijk aan de heidenen zal verschijnen (Colossenzen 1:27) Efeziërs 3:6, Jesaja 42:6, is 45:22, Jesaja 49:6, Jesaja 52:10, Jesaja 60:1-3, Psalmen 22:27, Psalmen 98:2-3, Handelingen 13:46-49 In het Oude Testament werd voorspeld dat God de heidenen zou redden.(Jesaja 45:22, Jesaja 52:10, Psalmen 22:27, Psalmen 98:2-3) Jesaja 45:22 Wendt U naar Mij toe, […]

462. Het mysterie van God die verscheen is dat Jezus de Christus is.(Colossenzen 1:26-27)

by christorg

462. Het mysterie van God die verscheen is dat Jezus de Christus is.(Colossenzen 1:26-27) 1 Johannes 1:1-2, 1 Corinthiërs 2:7-8, 2 Timotheüs 1:9-10, Romeinen 16:25-26, Efeziërs 3:9-11 Het geheim dat God had verborgen voor de basis van de wereld werd geopenbaard.Het is dat Jezus de Christus is.(Colossenzen 1:26-27, 1 Johannes 1:1-2, Romeinen 16:25-26) Colossenzen 1:26 […]